Thuishulp Monique en Leendert in de keuken

Het is een zonnige vrijdagochtend op de markt in het dorp. Tussen de geur van verse bloemen en het geroezemoes van marktkramers, raak ik aan de praat met Wies, een vriendelijke vrouw van begin zestig. Ze heeft net een bos tulpen gekocht voor haar moeder, bij wie ze sinds een paar jaar mantelzorger is.  

Hoe bent u mantelzorger geworden? 

“Dat is er eigenlijk langzaam ingeslopen,” vertelt Wies terwijl ze haar boodschappentas herschikt. “Mijn moeder is nu 87 en begon een paar jaar geleden wat te vergeten. Eerst kleine dingen – sleutels, afspraken – maar het werd steeds erger. Op een gegeven moment kon ze niet meer zelfstandig koken of haar medicijnen op tijd innemen. Toen ben ik gewoon vaker gaan helpen. Eerst een paar keer per week, nu elke dag.” 

Wat houdt uw zorg precies in? 

“Ik kom elke ochtend langs om haar te helpen met opstaan, wassen en aankleden. Daarna maken we samen ontbijt en controleer ik haar medicatie. Soms gaan we even wandelen of doen we boodschappen. ’s Middags rust ze vaak, en dan regel ik de administratie of bel ik met de huisarts of apotheek. In de avond kom ik nog even terug om haar naar bed te helpen.” 

Dat klinkt als een dagtaak. Hoe combineert u dat met uw eigen leven? 

Wies zucht even. “Het is zwaar, dat geef ik eerlijk toe. Ik ben met vervroegd pensioen gegaan, deels om dit te kunnen doen. Mijn sociale leven is veranderd. Spontaan iets doen zit er niet meer in. Maar ik heb gelukkig een paar goede vriendinnen die me steunen, en mijn man helpt ook waar hij kan.” 

Wat is het moeilijkste aan mantelzorgen? 

“Het emotionele stuk. Je ziet iemand die je liefhebt langzaam achteruitgaan. Soms is ze verward of boos, en dat doet pijn. En dan is er de constante zorg: je staat altijd ‘aan’. Ik slaap lichter, ben altijd bereikbaar. Het is een soort onzichtbare belasting.” 

En wat geeft u kracht?

“De band met mijn moeder. Ondanks alles hebben we ook mooie momenten. Samen lachen om iets op tv, oude foto’s bekijken, of gewoon een kopje thee drinken in stilte. En het gevoel dat ik iets beteken, dat ik haar laatste jaren draaglijker maak – dat is onbetaalbaar.” 

Wat zou u andere mantelzorgers willen meegeven? 

“Zoek steun. Praat erover. Je hoeft het niet alleen te doen. En wees niet te streng voor jezelf. Soms is ‘goed genoeg’ echt goed genoeg.” 

Een aangenaam thuis dankzij hulp vanuit de Wmo

Je wilt aangenaam thuis wonen, ook als het (even) wat minder gaat. Misschien wil je hulp bij het schoonhouden van je huis, de was of wil je een luisterend oor. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) kan uitkomst bieden. Bijvoorbeeld door ondersteuning van een thuishulp zoals Monique. Lees hier wat de Wmo voor jou kan betekenen.  

Terug naar overzicht